OENE - De Duitse deserteur Johann (Hanz) Einhell overleed op deze dag 4 maart in 1990 op 66-jarige leeftijd. Einhell zou die leeftijd niet hebben gehaald als de Oenense familie Stokkink hem in november 1944 niet zou hebben opgenomen en verborgen. Desertie stond gelijk aan de doodstraf. Dat zijn gastheer en -vrouw Hans en Grietje heetten zal hem niets hebben gezegd, maar het verhaal klinkt achteraf wel een beetje als een sprookje.
"Schiet mij maar dood en begraaf me in de tuin"
Einhell was wanhopig toen hij in de nacht aanklopte bij de boerderij aan de Oost Oenerweg. Hij gaf zijn geweer aan Hans Stokkink en zei: "Schiet mij maar dood en begraaf me in de tuin onder de hooimijt, na de oorlog komen ze me wel ophalen". De soldaat gaf de Stokkinks zijn thuisadres in het zuiden van Duitsland om een bericht van overlijden te kunnen sturen. Stokkink pakte het geweer aan, en nam de verwarde jonge militair mee naar binnen. Hanz Einhell vertelt dat hij er met twee kameraden vandoor is gegaan en dat die zijn verdronken toen hun bootje op de IJssel omsloeg. Een dag eerder heeft de Grüne Polizei in Oene twee Duitse deserteurs opgehangen. Mogelijk gaat het daarbij om de twee waarover Einhell vertelt.
Hanz Einhell in uniform
Verzetsman samen met Duitser in het hooi
Maar voordat Hans Stokkink de Duitser onderdak kan bieden moet hij eerst overleggen met een andere 'gast'. Op de boerderij zit namelijk ook onderduiker/verzetsman Wim Mazier die actief was in Het Verscholen Dorp en bekend staat als pilotenhelper. Mazier ziet er geen gevaar in, want Einhell loopt hetzelfde risico als hij. "Ook een vijand in nood moet je helpen, maar bedenk wel dat als ze hem ontdekken er van jullie en de boerderij geen spaan heel blijft". Zo komen een Duitse deserteur en een Nederlandse verzetsman samen te 'logeren' bij de hulpvaardige Stokkinks.
De Duitser krijgt een boeren-outfit en klompen, maar mag zich niet buiten vertonen. Het wemelt van de soldaten die in de boomgaard rondom de boerderij bezig zijn om geschut op te stellen. Einhell vermaakt zich met het snijden van bieten en het doppen van bonen. Ondertussen wordt er druk naar de deserteur gezocht maar Grietje Stokkink weet de Duitse soldaten af te leiden door ze een stuk van een geslacht varken te geven wanneer ze aankloppen.
Weer thuis en moeder krijgt een hartaanval
Op 17 april 1945 fietst Wim Mazier naar Epe, hij ziet de Canadese bevrijders en een groep Duitse gevangenen die op de markt door een groep burgers worden bewaakt. De bezetters worden afgevoerd in voertuigen van de Canadezen en de bevolking juicht. Hanz Einhell is voor de bevrijding verhuisd naar een ander onderduikadres, maar hij wordt toch opgepakt en wordt vastgezet in de Koning Willem III-kazerne in Apeldoorn. Na een jaar lang in allerlei kampen en gevangenissen te hebben gezeten keert hij terug naar huis in Beieren. Zijn moeder zou bij het onverwachte weerzien een hartaanval hebben gekregen, maar overleeft die. Het contact tussen Hanz en zijn sprookjes-onderduikouders Hans en Grietje blijft. Hij komt nog diverse keren naar Oene en de familie Stokkink is ook op vakantie geweest in de geboortestreek van 'hun deserteur'. Daar in het dorpje Oberhöcking worden ze in 1972 met open armen ontvangen en in de watten gelegd. De plaatselijke krant laat een foto maken en maakt melding van de speciale gasten die "einen Ausflug in die Berge unternehmen". Wim Mazier die wordt onderscheiden met het verzetsherdenkingskruis ontmoet zijn onderduikvriend na de oorlog nog één keer bij de Stokkinks op de boerderij.