LÜBECK - Nederland kende eind 1944 Dolle Dinsdag: de massale vlucht van militairen, Duitsgezinden en collaborateurs richting de Heimat nadat op 5 september werd gemeld dat de geallieerden over de Belgische grens waren en de bevrijding nog maar een kwestie van dagen was. In de loop van de dag werden de geruchten nog overdrevener: de bevrijders zouden al bij Moerdijk staan, in Breda, in Den Haag. Het liep anders.

Want de geruchten bleken inderdaad geruchten en de ontnuchtering kwam snel. Een groot deel van Nederland moest nog lang wachten op de bevrijding en de Duitsers bleven of keerden weer om met hun karren, gestolen fietsen, vrachtwagens vol materieel en geroofde spullen.

Heel anders was dat aan het Oostfront, in Oost-Pruisen waar de Russen in ijltempo oprukten en daarmee een ongekende volksverhuizing op gang brachten van soldaten en burgervluchtelingen. Want de angst voor de wraak van de oprukkende Russen was groot, geluiden over moordpartijen en verkrachtingen voedden die angst nog veel meer. Wrede taferelen, dat zeker, maar ook oog om oog, tand om tand. Het Rode leger wist maar al te goed was de Duitsers in bezet gebied hadden aangericht, en de behoefte om die wandaden te wreken was groot. 

Beeld van de evacuatie: foto Wikimedia Commons

Op 23 januari 1945 starten de Duitsers met Operatie Hannibal: de grootschalige evacuatie van burgers, militairen en materieel uit Oost-Pruisen en Koerland in het zicht van de oprukkende Sovjet-troepen. 

2,5 miljoen mensen geëvacueerd

Over de Baltische zee halen Duitse konvooien in enkele maanden tijd zo'n 2,5 miljoen burgers en soldaten terug naar Denemarken en Duitsland. Naar havens die nog in Duitse handen zijn of inmiddels worden gecontroleerd door de geallieerden. En zonder verliezen verloopt de operatie niet. De konvooien moeten zich een weg banen door mijnenvelden en worden constant aangevallen vanuit de lucht en vanaf zee. 

Een geallieerde militair wacht evacués op, de foto is mogelijk genomen in de haven van Flensburg - Foto Wikimedia Commons

De grootste catastrofe van de operatie is het tot zinken brengen van het vluchtelingenschip de Wilhelm Gustloff op 30 januari 1945, waarbij volgens schattingen zo'n 9000 opvarenden omkomen in het ijskoude water. Zo'n 33.000 mensen verloren het leven bij de voortdurende aanvallen op de konvooien, De Duitsers verliezen tijdens de operatie zo'n 250 schepen

Een laatste schip, vertrokken op 9 mei 1945 kwam op 14 mei aan in de haven van Flensburg, met 145 vluchtelingen aan boord. .

 

Heeft u opmerkingen of aanvullingen op dit bericht? Mail dan met de redactie: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.