GROESBEEK - Een volle trein met vluchtelingen, waaronder evacués uit Groesbeek, vertrekt op 5 december 1944 vanuit Tilburg naar het zuiden. Via Turnhout, Aarschot en Brussel gaat het naar het Ath. Van daaruit worden de vluchtelingen met vrachtauto's over de omgeving verdeeld.
Groesbeekse communicantjes in België - Collectie G.G. Driessen
De Groesbekers komen voornamelijk in de omgeving van Ninove in Oost-Vlaanderen terecht. In dorpen als Denderwindeke, Aspelare en Kerksen brengen zij de winter door, de ontvangst is meestal warm. De Groesbeekse pastoor Hoek probeert zo goed en zo kwaad als het in de zeer strenge winter mogelijk is, al zijn parochianen te blijven bezoeken. Hoek draagt in elk dorp waar Groesbekers zitten de mis op, ook doopt hij kinderen en worden huwelijken gesloten.
Krantje en kraamkliniek
Er wordt van alles georganiseerd voor de vluchtelingen: er komt een schooltje, een kraamkliniek en een plek waar ze terecht kunnen om informatie over uit het oog verloren familieleden te krijgen. Ook worden er krantjes uitgegeven voor de Nederlanders in het gebied.
Pastoor Hoeks in de jaren zestig - Collectie G.G. Driessen
Er zijn meer dan 10.000 vluchtelingen uit de wijde omgeving van Nijmegen in België. Naast de omgeving van Ninove zitten er ook veel in de omgeving van Geel en Turnhout. Kort na het eind van de oorlog op 5 mei 1945 kunnen de eerste vluchtelingen weer terug naar Groesbeek. Daar wachten in de meeste gevallen puinhopen.